0% 2254 Examen 5 1 / 67 Je rijdt 30 km/u. Wat doe je? Remmen Gas loslaten Niets Je nadert een kruispunt. Je de kruisende weg voorrang verlenen en hebt een zicht of daar verkeer is. Laat voorlopig gas los. Je nadert een kruispunt. Je de kruisende weg voorrang verlenen en hebt een zicht of daar verkeer is. Laat voorlopig gas los. 2 / 67 Je rijdt 100 km/u. Wat doe je? Remmen Gas loslaten Niets Je hebt genoeg aftand van de auto's voor je. Je hoeft niks te doen. Je hebt genoeg aftand van de auto's voor je. Je hoeft niks te doen. 3 / 67 Je rijdt 40 km/u. Wat doe je? Remmen Gas loslaten Niets De stoplichten zijn rood. Je moet stoppen. De stoplichten zijn rood. Je moet stoppen. 4 / 67 Je rijdt 50 km/u. Wat doe je? Remmen Gas loslaten Niets Voor je is een zebrapad. Je hebt nog niet voldoende zicht. Verminder je snelheid. Voor je is een zebrapad. Je hebt nog niet voldoende zicht. Verminder je snelheid. 5 / 67 Je rijdt 20 km/u. Wat doe je? Remmen Gas loslaten Niets Je hebt een veilige snelheid en je ziet geen verkeer. Hou er wel rekening mee dat er ander verkeer voor je kan komen. Je hebt een veilige snelheid en je ziet geen verkeer. Hou er wel rekening mee dat er ander verkeer voor je kan komen. 6 / 67 Je rijdt 50 km/u. Wat doe je? Remmen Gas loslaten Niets Je hoeft nog niks te doen. Je hebt een veilige afstand. Je hoeft nog niks te doen. Je hebt een veilige afstand. 7 / 67 Je rijdt 40 km/u. Wat doe je? Remmen Gas loslaten Niets Je rijdt heel kort op de auto voor je. De witte auto is aan het afslaan. Je moet de vaart eruit halen. Je rijdt heel kort op de auto voor je. De witte auto is aan het afslaan. Je moet de vaart eruit halen. 8 / 67 Je rijdt 50 km/u. Wat doe je? Remmen Gas loslaten Niets De auto voor je is aan het afslaan. Je moet de vaart eruit halen. De auto voor je is aan het afslaan. Je moet de vaart eruit halen. 9 / 67 Je rijdt 70 km/u. Wat doe je? Remmen Gas loslaten Niets Er is geen verkeer voor je. Je hoeft niks te doen. Er is geen verkeer voor je. Je hoeft niks te doen. 10 / 67 Je rijdt 50 km/u. Wat doe je? Remmen Gas loslaten Niets De auto voor je kan gaan afslaan. De auto links wil mogelijk ook zo gaan invoegen. Pas je snelheid aan. De auto voor je kan gaan afslaan. De auto links wil mogelijk ook zo gaan invoegen. Pas je snelheid aan. 11 / 67 Je rijdt 50 km/u. Wat doe je? Remmen Gas loslaten Niets Voor je is het druk. Haal de vaart eruit om de afstand een beetje te vergroten. Voor je is het druk. Haal de vaart eruit om de afstand een beetje te vergroten. 12 / 67 Je rijdt 40 km/u. Wat doe je? Remmen Gas loslaten Niets Je nadert een rotonde. Haal de vaart eruit. Laat voorlopig gas los. Je nadert een rotonde. Haal de vaart eruit. Laat voorlopig gas los. 13 / 67 Je rijdt 60 km/u. Wat doe je? Remmen Gas loslaten Niets Het is rustig op de weg. Je hebt genoeg afstand. Het is rustig op de weg. Je hebt genoeg afstand. 14 / 67 Je rijdt 120 km/u. Wat doe je? Remmen Gas loslaten Niets Je rijdt kort op de vrachtwagen. Haal de vaart eruit. Je rijdt kort op de vrachtwagen. Haal de vaart eruit. 15 / 67 Je rijdt 50 km/u. Wat doe je? Remmen Gas loslaten Niets Je rijdt de toegestane snelheid en hebt genoeg afstand. Rij door. Je rijdt de toegestane snelheid en hebt genoeg afstand. Rij door. 16 / 67 Je rijdt 30 km/u. Wat doe je? Remmen Gas loslaten Niets Je nadert een kruispunt. Rechts heeft voorrang. Rij rustig voorbij. Je nadert een kruispunt. Rechts heeft voorrang. Rij rustig voorbij. 17 / 67 Je rijdt 50 km/u. Wat doe je? Remmen Gas loslaten Niets Het stoplicht is groen. Je hebt genoeg afstand. Je kan doorrijden. Het stoplicht is groen. Je hebt genoeg afstand. Je kan doorrijden. 18 / 67 Je rijdt 40 km/u. Wat doe je? Remmen Gas loslaten Niets Het stoplicht is rood. De auto's voor je staan stil. Je moet remmen. Het stoplicht is rood. De auto's voor je staan stil. Je moet remmen. 19 / 67 Je rijdt 100 km/u. Wat doe je? Remmen Gas loslaten Niets Je hebt genoeg afstand van de auto's voor je. Het is rustig op de weg. Je kan doorrijden. Je hebt genoeg afstand van de auto's voor je. Het is rustig op de weg. Je kan doorrijden. 20 / 67 Je rijdt 50 km/u. Wat doe je? Remmen Gas loslaten Niets Je hebt genoeg afstand van de auto voor je. Je hoeft niks te doen. Je hebt genoeg afstand van de auto voor je. Je hoeft niks te doen. 21 / 67 Je rijdt 30 km/u. Wat doe je? Gas loslaten Remmen Niets Je hebt genoeg zicht voor je. Het is rustig op de weg. Je mag doorrijden. Je hebt genoeg zicht voor je. Het is rustig op de weg. Je mag doorrijden. 22 / 67 Je rijdt 40 km/u. Wat doe je? Remmen Gas loslaten Niets Het stoplicht is rood. De auto's voor je remmen. Je moet stoppen. Het stoplicht is rood. De auto's voor je remmen. Je moet stoppen. 23 / 67 Je rijdt 30 km/u. Wat doe je? Remmen Gas loslaten Niets Je nadert een kruispunt. Je moet voorrang verlenen aan de kruisende weg. Laat voorlopig gas los. Je nadert een kruispunt. Je moet voorrang verlenen aan de kruisende weg. Laat voorlopig gas los. 24 / 67 Je rijdt 15 km/u. Wat doe je? Remmen Gas loslaten Niets Een voetganger is aan het oversteken. Je moet stoppen. Een voetganger is aan het oversteken. Je moet stoppen. 25 / 67 Je rijdt 50 km/u. Wat doe je? Remmen Gas loslaten Niets Je nadert een rotonde. Je moet de vaart eruit halen voordat je de rotonde oprijdt. Laat voorlopig gas los. Je nadert een rotonde. Je moet de vaart eruit halen voordat je de rotonde oprijdt. Laat voorlopig gas los. 26 / 67 Hoeveel meter is de minimale volgafstand? 7,15 meter 71,5 meter 0,71 meter De volgafstand is bij benadering 71,5 meter. Je berekent het als volgt: ( snelheid / 2 ) en tel bij het antwoord daarvan 10% op.130 / 2 = 6565 + 10% = 71,5 De volgafstand is bij benadering 71,5 meter. Je berekent het als volgt: ( snelheid / 2 ) en tel bij het antwoord daarvan 10% op.130 / 2 = 6565 + 10% = 71,5 27 / 67 Mag de auto van achter van rijbaan wisselen? ja Nee Je mag inhalen. De rechter lijn is gebroken. Je mag inhalen. De rechter lijn is gebroken. 28 / 67 Wat betekent dit bord? Einde voorrangsweg Voorrangskruispunt Verboden zijstraten in te rijden 29 / 67 Wat betekent dit bord? Gevaarlijke daling Gevaarlijke stijging slipgevaar 30 / 67 Wat betekent dit bord? Verbod voor motorvoertuigen om elkaar onderling in te halen. Bestuurders uit tegengestelde richting moeten verkeer dat van deze richting nadert voor laten gaan. Verbod voor bestuurders door te gaan bij nadering van verkeer uit tegengestelde richting. 31 / 67 Wat betekent dit bord? Parkeerverbod Verbod stil te staan Verbod fietsen en bromfietsen te plaatsen. 32 / 67 Wat betekent dit bord? Einde verbod voor vrachtauto's om motorvoertuigen in te halen. Verbod voor vrachtauto's om motorvoertuigen in te halen Einde verbod voor motorvoertuigen om elkaar in te halen. 33 / 67 Wat betekent dit bord? Spitsstrook vrijmaken. Spitsstrook open. Einde spitsstrook. 34 / 67 Wat betekent dit bord? Kinderen. Voetgangers. Hardloopgebied. 35 / 67 Wat zegt de agent hier? Het verkeer moet verplicht links afslaan. Het verkeer dat voor de politie van rechts komt moet stoppen. Het verkeer moet verplicht rechts afslaan. 36 / 67 Wat betekent het bord achterop de vrachtwagen? Dit is een vrachtwagen. Dit is een oplegger. Deze vrachtwagen transporteert speciale goederen. 37 / 67 Wat betekent dit bord? Gesloten voor voertuigen en samenstellen van voertuigen, waarvan de totaalmassa hoger is dan op het bord is aangegeven. Gesloten voor voertuigen die, met inbegrip van de lading, breder zijn dan op het bord is aangegeven. Gesloten voor voertuigen waarvan de as last hoger is dan op het bord aangegeven. 38 / 67 Wat betekent dit bord? Autoweg Autosnelweg. Parkeerplaats. 39 / 67 Wat betekent dit bord? Voorrangskruispunt zijweg rechts. Voorrangskruispunt Voorrangskruispunt zijweg links. 40 / 67 Wat betekent dit bord? Verbod voor vrachtauto om motorvoertuigen in te halen. Einde verbod voor vrachtauto om motorvoertuigen in te halen. Einde verbod voor motorvoertuigen om elkaar in te halen. 41 / 67 Wat is de juiste volgorde van voor laten gaan? A,B,C C,B,A A,C,B Weggebruikers B en C hebben haaientanden voor zich en moeten voertuig A voor laten gaan. De fietser gaat rechtdoor en heeft dus voorrang op voertuig C. Weggebruikers B en C hebben haaientanden voor zich en moeten voertuig A voor laten gaan. De fietser gaat rechtdoor en heeft dus voorrang op voertuig C. 42 / 67 Wat is de juiste volgorde van voor laten gaan? A,B,C A, C, B C,B,A Voertuig B staat voor haaientanden en moet de voertuigen op de kruisende weg voorrang verlenen. Voertuig A maakt een korte bocht en voertuig C een lange bocht. Voertuig A gaat dus voor voertuig C. Voertuig B staat voor haaientanden en moet de voertuigen op de kruisende weg voorrang verlenen. Voertuig A maakt een korte bocht en voertuig C een lange bocht. Voertuig A gaat dus voor voertuig C. 43 / 67 Wat is de juiste volgorde van voor laten gaan? A,B,C B,A,C B,C,A Weggebruikers A en C staan voor een stopbord en moeten B dus voor laten gaan. A gaat rechtdoor en heeft dus voorrang op C. Weggebruikers A en C staan voor een stopbord en moeten B dus voor laten gaan. A gaat rechtdoor en heeft dus voorrang op C. 44 / 67 De sirenes staan uit. Wat is de juiste manier van voor laten gaan? A,B B,A Voertuigen die willen afslaan, moeten voertuigen die op dezelfde weg rijden en rechtdoor willen voor laten gaan. Voertuigen die willen afslaan, moeten voertuigen die op dezelfde weg rijden en rechtdoor willen voor laten gaan. 45 / 67 Wat is de juiste volgorde van voor laten gaan? A,B B,A Voertuig B heeft haaientanden voor zich en moet voertuigen op de kruisende weg voor laten gaan. Voertuig B heeft haaientanden voor zich en moet voertuigen op de kruisende weg voor laten gaan. 46 / 67 Wat is de juiste volgorde van voor laten gaan? A,B,C A, C, B C,B,A Voertuig A moet rechtdoor en de twee andere voertuigen staan voor haaientanden. Zij moeten het voertuig op de kruisende weg dus voor laten gaan. Tussen voertuig B en C geldt de volgende regel: Voertuig C moet rechtdoor en voertuig B moet afslaan. Voertuig C heeft dus voorrang. Voertuig A moet rechtdoor en de twee andere voertuigen staan voor haaientanden. Zij moeten het voertuig op de kruisende weg dus voor laten gaan. Tussen voertuig B en C geldt de volgende regel: Voertuig C moet rechtdoor en voertuig B moet afslaan. Voertuig C heeft dus voorrang. 47 / 67 Wat is de juiste volgorde van voor laten gaan? A,B,C B,A,C B,C,A Voertuig A nadert haaientanden en moet de auto's op de kruisende weg voor laten gaan. Voertuig B gaat rechtdoor en heeft dus voorrang op voertuig C. Voertuig A nadert haaientanden en moet de auto's op de kruisende weg voor laten gaan. Voertuig B gaat rechtdoor en heeft dus voorrang op voertuig C. 48 / 67 Wat is de juiste volgorde van voor laten gaan? A,B,C B,A,C B,C,A Voertuig A heeft voorrang indien hij rechtdoor gaat. Indien hij afslaat moet hij andere voertuigen die rechtdoor gaan voor laten gaan. Ook voertuigen die van rechts komen moeten voorrang krijgen. Dit wil zeggen dat voertuig A voorrang moet verlenen aan zowel weggebruiker B als C. Voertuig B rijdt rechtdoor en hoeft dus geen voorrang te verlenen. Voertuig A heeft voorrang indien hij rechtdoor gaat. Indien hij afslaat moet hij andere voertuigen die rechtdoor gaan voor laten gaan. Ook voertuigen die van rechts komen moeten voorrang krijgen. Dit wil zeggen dat voertuig A voorrang moet verlenen aan zowel weggebruiker B als C. Voertuig B rijdt rechtdoor en hoeft dus geen voorrang te verlenen. 49 / 67 Wat is de juiste volgorde van voor laten gaan? A,B,C B,A,C B,C,A De voetganger gaat rechtdoor en heeft dus voorrang. Voertuig A komt van rechts voor voertuig C. Voertuig C mag dus pas als laatste. De voetganger gaat rechtdoor en heeft dus voorrang. Voertuig A komt van rechts voor voertuig C. Voertuig C mag dus pas als laatste. 50 / 67 Wat is de juiste volgorde van voor laten gaan? A,B B,A Voertuig A heeft een voorrangsbord en voertuig B heeft haaientanden voor zich. Voertuig A heeft een voorrangsbord en voertuig B heeft haaientanden voor zich. 51 / 67 Je parkeert hier de auto. Mag dit? ja Nee Nee. Je mag binnen 5 meter van een kruispunt niet parkeren of stilstaan. Nee. Je mag binnen 5 meter van een kruispunt niet parkeren of stilstaan. 52 / 67 Je brengt de spullen naar binnen en vertrekt weer. Is een parkeerschijf verplicht? ja Nee Een parkeerschijf is alleen verplicht als je de auto parkeert. Een parkeerschijf is alleen verplicht als je de auto parkeert. 53 / 67 Je gaat bergen oprijden. Kan de aanhangwagen omkiepen? ja Nee Zorg er altijd voor dat je het gewicht in je aanhangwagen gelijk verdeeld. Er is omkiepgevaar in ongunstige situaties. Zorg er altijd voor dat je het gewicht in je aanhangwagen gelijk verdeeld. Er is omkiepgevaar in ongunstige situaties. 54 / 67 Mag je zo rijden? ja Nee Je ziet dat je zicht gehinderd wordt door de blaadjes. Ze zullen ook naar voren vallen op het moment dat je gas gaat geven. Dit zorgt ervoor dat je gehinderd gaat worden tijdens het rijden. Je mag dus niet zo gaan rijden. Je ziet dat je zicht gehinderd wordt door de blaadjes. Ze zullen ook naar voren vallen op het moment dat je gas gaat geven. Dit zorgt ervoor dat je gehinderd gaat worden tijdens het rijden. Je mag dus niet zo gaan rijden. 55 / 67 Valt een auto die een andere auto sleept ook onder de aanhangwagens? Ja Nee Een aanhangwagen is een voertuig dat door een ander voertuig wordt voortbewogen. (Ook een auto die gesleept wordt valt hieronder) Een aanhangwagen is een voertuig dat door een ander voertuig wordt voortbewogen. (Ook een auto die gesleept wordt valt hieronder) 56 / 67 De sirene van de ambulance staat aan. Wie gaat eerst? A B 57 / 67 Wie gaat eerst? A B C Rechts heeft voorrang. A mag als eerste. Rechts heeft voorrang. A mag als eerste. 58 / 67 Wie gaat eerst? A B C C moet B voorlaten. B moet A voorlaten. A hoeft niemand voor te laten. C moet B voorlaten. B moet A voorlaten. A hoeft niemand voor te laten. 59 / 67 Ben je verplicht de knipperlichten te gebruiken? ja Nee Je moet als bestuurder een teken geven met je richtingaanwijzer als je links of rechts afslaat. Dit geldt als je op een reguliere weg rijdt en wilt afslaan, maar bijvoorbeeld ook als je op een rotonde rijdt. Je moet als bestuurder een teken geven met je richtingaanwijzer als je links of rechts afslaat. Dit geldt als je op een reguliere weg rijdt en wilt afslaan, maar bijvoorbeeld ook als je op een rotonde rijdt. 60 / 67 Wat gebeurt er bij aquaplanting? Het water maakt de band los van het wegdek. Het water zorgt voor een onderkoeling. Je verliest complete controle over de auto, indien je een hele grote plas inrijdt. Vooral als je auto laag op de weg ligt of een slecht profiel heeft. Rij dus extra voorzichtig door plasjes. Je verliest complete controle over de auto, indien je een hele grote plas inrijdt. Vooral als je auto laag op de weg ligt of een slecht profiel heeft. Rij dus extra voorzichtig door plasjes. 61 / 67 Wat is de maximale snelheid in het woon erfgebied? 15 km/u 30 km/u 50 km/u 62 / 67 Als je meer dan 50km/u te hard rijdt, wordt je rijbewijs ingetrokken. Waar Niet waar 63 / 67 Hoeveel promille mag je als ervaren bestuurder maximaal gedronken hebben? 0,5 1 64 / 67 Voor oranje stoplicht licht moet je ALTIJD stoppen. waar Onwaar Afhankelijk van je snelheid moet je voor oranje licht stoppen. Als je te hard komt aanrijden moet je doorrijden. Afhankelijk van je snelheid moet je voor oranje licht stoppen. Als je te hard komt aanrijden moet je doorrijden. 65 / 67 Je hebt tegenliggers. Het is donker en je hebt groot licht aan. Mag dit? ja Nee Gebruik groot licht alleen als er geen andere weggebruikers zijn. Gebruik groot licht alleen als er geen andere weggebruikers zijn. 66 / 67 Wil jij toch liever upgraden naar het 100% geslaagd pakket met 3 maanden toegang t.w.v. €67,95? Grijp je kans voor maar €6,99! Gebruik je code: A34RT5MZKlik hier om je pakket te upgraden naar 100% Geslaagd met 3 maanden toegang. Gebruik code: A34RT5MZ KLIK OP DE LINK Hierboven GEBRUIK DE CODE: A34RT5MZ Nee, bedankt! 67 / 67 Wie kun je hier verwachten? Fietsers Fietsers en bromfietsers Je score is 0%